Butterbretzel

Even een paar dagen van de echte winterse kou in Zuid-Duitsland geproefd. En bij zo’n vakantie hoort natuurlijk ook lekker eten. Nu is Duitsland culinair gezien geen paradijs, maar er zijn ook in de Duitse keuken heel wat lekkere pure dingen te vinden.

Wat te denken van die verse harde broodjes 's ochtends. Zelfs op zondag in elk dorp, hoe klein ook, bij de bakker vers te koop. Heerlijke kaiserbrötchen, pistoletjes, maar ook diverse bruine harde bollen met sesamzaad, maanzaad en zonnebloempitten. Hoe meer zaden hoe beter lijkt het wel. Helemaal lekker zijn de Kurbiskernbrötchen – broodjes met pompoenpitten. Die zie je in Nederland nog niet zo veel. Gek eigenlijk want pompoenpitten zijn echt heerlijk. Niet alleen op een broodje, maar bijvoorbeeld ook op een salade of in plaats van pijnboompitjes over de carpaccio. En er is ook een lekkere olie van te maken. Heerlijk aromatisch, donkergroen van kleur en met een nootachtige smaak. Doet het perfect op tomaten of rucola. Meteen maar een flesje ‘Kurbiskern’ olie gekocht.
 

En dan nog zo’n lekkernij uit de Duitse bakkerij: de bretzel. Dé snack voor 10 uur ’s ochtends! Een Bretzel is een soort krakeling van brooddeeg. Die krakeling is in een zoutbad gedaan en toen gebakken. Daardoor is de krakeling heel donkerbruin gekleurd en heel glad van korst. Op de korst zitten kleine zoutkorrels. Zo'n bretzel, nog warm van de oven, besmeerd met echte boter.....daar kan geen gebak tegenop.